Je bent 16 jaar en zwanger, wat nu?  

Als je zwanger bent en je kind wordt geboren, ben je als moeder automatisch belast met het gezag over jouw kind. Bij een minderjarige moeder ligt dit heel anders. De minderjarige moeder is namelijk in beginsel niet bevoegd tot het gezag over haar kind. Zij is immers nog minderjarig! Er is op dan op dat moment geen wettelijke vertegenwoordiger van het kind. Een eventuele vader is immers ook niet automatisch belast met het gezag. Een man heeft enkel automatisch gezag over zijn kind als hij is gehuwd met de moeder. Een minderjarige vrouw kan officieel voor de wet nog niet trouwen. Het kind heeft dan dus geen gezaghebbende ouders.

De moeder kan zonder het gezag geen belangrijke beslissingen nemen over haar kind zoals keuzes over medische ingrepen, medicatie of het aanvragen van een ID document enzovoort. Maar wat dan? Er is voor dit specifieke geval een uitzonderingsregel opgenomen in de wet: de minderjarige moeder kan door de rechter meerderjarig worden verklaard. Maar hoe gaat dat precies in zijn werk?

De moeder van 16 of 17 jaar kan de rechter, middels een advocaat, verzoeken haar meerderjarig te verklaren. Als de moeder meerderjarig wordt verklaard, krijgt de moeder van rechtswege het gezag, zoals bij een volwassen moeder. De minderjarige moeder zal slechts op het gebied van het gezag als meerderjarig worden beschouwd, voor het overige blijft zij minderjarig.

De rechter zal de belangen van de moeder en haar kind afwegen. De rechter zal kijken naar de mogelijkheden van de moeder om het gezag uit te oefenen. Van belang is of de moeder veel hulp nodig zal hebben van professionele instanties of dat zij zelfstandig (met haar omgeving) voor haar kind kan zorgen. Ook kan de recther kijken naar de persoonlijke ontwikkeling van de moeder en of de moeder nog een opleiding wilt volgen. De belangen van het kind worden uiteraard ook getoetst.

De rechter kan de Raad voor de Kinderbescherming vragen een onderzoek te doen naar de persoonlijke situatie van de moeder. De Raad zal dan gesprekken voeren met de moeder, haar omgeving en eventueel betrokken hulpverleners. Naar aanleiding van dit onderzoek zal de Raad de rechter adviseren. Het kan ook zijn dat de rechter tijdelijk een voogd, bijvoorbeeld de opa of oma, benoemd voor het kind totdat de moeder meerderjarig is geworden.

Ook voor zo’n praktisch probleem biedt de wet weer een oplossing! Het is wel alleen voor de minderjarige moeder mogelijk om zich meerderjarig te laten verklaren. Voor de minderjarige vader kent de wet helaas nog geen oplossing.

Mocht u nog vragen hebben over de meerderjarigheidsverklaring of over het gezag in algemene zin, neem dan contact op met ons kantoor.


Kinderen en de coronavaccinatie

In de strijd tegen het coronavirus worden ook kinderen uitgenodigd om te worden gevaccineerd. De gezaghebbende ouders beslissen in beginsel of hun kind wordt gevaccineerd, maar ook de leeftijd van het kind speelt hierin een rol. Er kan een verschil van mening ontstaan tussen de ouders of tussen de ouders en het kind.  Als er conflict is ontstaan, kan de rechtbank een doorslaggevende stem hebben. De ouders en het kind kunnen de rechtbank verzoeken om vervangende toestemming te verlenen voor de vaccinatie. Hieronder zullen wij op basis van rechtspraak per leeftijdscategorie uiteenzetten wie kunnen beslissen over de vaccinatie van kinderen.

 

Van 16 tot 18 jaar

Vanaf zestien jaar kunnen kinderen in beginsel zelf de beslissing nemen om zich te laten vaccineren. Zij hebben geen toestemming meer nodig van de gezaghebbende ouders.

 

Van 12 tot 16 jaar

Voor kinderen tussen de twaalf en zestien jaar geldt dat in beginsel ook de toestemming van de gezaghebbende ouders nodig is voor de vaccinatie, tenzij het kennelijk noodzakelijk is teneinde ernstig nadeel te voorkomen en het kind nog steeds gevaccineerd wil worden. Rechters gaan verschillend om met het eventueel verlenen van vervangende toestemming voor vaccinatie.

September 2021

Een kind van twaalf jaar verzoekt de rechtbank Noord-Nederland om vervangende toestemming te verlenen om zich te laten vaccineren, zodat hij weer veilig bij zijn zieke oma op bezoek kan.[1] Aangezien het in het belang van de samenleving en het kind is om zich te laten vaccineren, verleent de rechtbank de vervangende toestemming voor vaccinatie. Toestemming van de gezaghebbende ouders is dus niet meer nodig.

Oktober 2021

De rechtbank Noord-Nederland verleent wederom vervangende toestemming voor coronavaccinatie, maar dit keer werd het door één van de gezaghebbende ouders verzocht.[2] Het kind van veertien jaar wilde zelf graag gevaccineerd worden, omdat meerdere familieleden COPD hebben. Aangezien de gezondheidsraad de voor- en nadelen van de vaccinatie zorgvuldig heeft afgewogen bij het advies om kinderen te laten vaccineren, verleent de rechtbank de vervangende toestemming voor vaccinatie.

November 2021

De rechtbank Gelderland oordeelt daarentegen dat vervangende toestemming helemaal niet nodig is.[3] Een tiener verzoekt om vervangende toestemming voor coronavaccinatie. Aangezien het kind zich goed had verdiept in de vaccinatie en weloverwogen de beslissing had genomen, was de rechtbank van mening dat het kind geen toestemming nodig had, maar zelf mocht beslissen over de vaccinatie op grond van artikel 7:450 lid 2 BW.

December 2021

De rechtbank Oost-Brabant oordeelt ook dat de vervangende toestemming niet nodig is.[4] Een kind van vijftien had hierom verzocht, omdat haar moeder tegen de vaccinatie was. Het kind had uitvoerig informatie op internet opgezocht en met haar begeleiders van Veilig Thuis overlegd. Volgens de rechter was het kind tot een weloverwogen beslissing gekomen.

 

Van 5 tot 12 jaar

Over de vervangende toestemming voor coronavaccinaties voor kinderen onder de twaalf jaar is nog geen rechtspraak bekend aangezien deze mogelijkheid er pas net is. Het zal bij deze leeftijdscategorie slechts gaan om geschillen tussen de gezaghebbende ouders. Zodra hierover rechtspraak bekend is, komen we hier zeker op terug.

 

Heeft u meer informatie nodig over de vaccinatie van kinderen of bevindt u zich in een conflict hierover? Neem dan contact op met ons kantoor.

 

[1] Rechtbank Noord-Nederland 21 september 2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:4096.

[2] Rechtbank Noord-Nederland 1 oktober 2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:4289.

[3] Rechtbank Gelderland 5 november 2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:5924.

[4] Rechtbank Oost-Brabant 7 december 2021, ECLI:NL:RBOBR:2021:6862.